Aantekeningen |
- Hij was de eerste Angelsaksische koning die christen werd, en de eerste waarover we meer dan een triviale hoeveelheid betrouwbare informatie hebben. Hij geldt als de derde bretwalda (de Angelsaksische koning die als leider van alle Angelsaksen wordt beschouwd), een positie die hij vermoedelijk verwierf kort na de afzetting van Ceawlin (ca. 592). Volgens de geschiedschrijver Beda Venerabilis strekte zijn opperheerschappij zich uit tot aan de Humber. Dit was overigens slechts een tijdelijke situatie - al voor Aethelberhts dood lijkt Raedwald van East Anglia de leidende positie overgenomen te hebben.
Hij was getrouwd met een Frankische prinses, Bertha, dochter van de Frankische koning Charibert I en zijn eerste vrouw Ingoberga. Het huwelijk was onderworpen aan de voorwaarde dat Bertha haar christelijke geloof vrij mocht belijden. Ze nam ook haar eigen bisschop mee naar Kent maar het is de bisschop niet gelukt om Ethelbert te bekeren. Mogelijk wilde hij zich bewust niet door een Frankische bisschop laten bekeren om zo zijn onafhankelijkheid van de Franken te demonstreren.
Mogelijk op uitnodiging van Ethelbert zelf, zond Paus Gregorius I de Grote in 596 een delegatie onder Augustinus, de prior van Gregorius' familieklooster naar Kent als missionarissen. Latere bronnen leggen er de nadruk op dat deze met angst en beven naar het vreemde en barbaarse land vertrok. Engeland had in die dagen geen goede naam, er was veel oorlog en men verkocht de overwonnenen als slaven aan het vasteland. In 597 kwam Augustinus aan in Kent met de bedoeling daar het christendom te prediken. Ethelbert gaf hem daartoe toestemming, en werd korte tijd later zelf bekeerd, waarna een massabekering van de inwoners van Kent volgde. Van vernietiging van heiligdommen was echter geen sprake, die werden met wat wijwater van hun heidendom gereinigd. Augustinus werd de eerste aartsbisschop van Canterbury.
[wikipedia]
|