Aantekeningen |
- Na de vroege dood van haar man in 1122 voerde zij het regentschap voor haar zoon, graaf Dirk VI. Petronella steunde haar halfbroer in zijn poging om keizer te worden en werd toen dat was gelukt beloond met het Rijnland (gouw), dat daarvoor al door Holland van Utrecht was geleend. Petronella probeerde om haar tweede zoon Floris tot erfgenaam van Vlaanderen te laten benoemen, maar dat mislukte. Petronella vond dat Dirk niet voldoende kwaliteit had om graaf te worden en ze weigerde haar functie op te geven toen hij meerderjarig werd. Dat deed ze pas toen haar tweede zoon Floris meerderjarig werd. Ze moedigde hem aan om de macht te grijpen ten koste van Dirk, maar dat mislukte.
Petronella benoemde haar kapelaan tot abt van Egmond, tegen de wens van de monniken, en was gedwongen hem terug te roepen toen hij volledig onbekwaam bleek. In 1133 stichtte zij de abdij van Rijnsburg. Haar dochter Hedwig werd hier non. Petronilla werd in de abdij, voor het koor van de grafelijke kapel begraven. Haar restanten werd in 1949 gevonden bij de opgraving van de kapel. Forensisch onderzoek toonde onder ander aan dat de gravin een grote en grof gebouwde vrouw geweest moet zijn.
[wikipedia]
|