Aantekeningen |
- Den Bode van Ammerstol zal uijt den naam ende van wegen Saar Jans Griek en dis heeft huijsvrouw
Lijsbet Willemse Hoogeboom, zig vervoegen aan de persoonen op ter woonstede van Tonis en Jan
Dircx Verssluijs, en de zelve dagvaarden, omme te compareeren voor den ED Agtb Schout en
Schepenen van Ammerstol, jegens woensdag den 16-9-1744 des namiddags ten twee uuren.
Als dan geen rechtdag zijnde, jegens den eerste rechtdag daaraan volgende, omme te aanhoren
zoodanige eijsch en conclusien als ten dage dienende jegens hem gedaagde van wegens den eijsch
zal werden gedaan ende genomen, namelijk omme voldoeningen en betalinge te hebben van een
somme van 25 gld 15 st. zijnde een restant van meerder somme, wegens geleverde winkelwaren,
blijkende het schuldregister van de eijsers, het zelve te kennen ofte ontkennen, en om op het verzoek
van provisie te antwoorden, ende voorts te procederen als na stijle. den Bode doet de citatie na
behoren en levere copie dezer en relateren zijn wedervaeren in geschrifte.
Actum Ammerstol deser 7 sep 1744.
----------
Wij ondergetekende Saars Janse Griek ter eene, ende Tonis en Jan Dirkse vereijste ter andere zijde,
verklaaren met elkaander over de punten in de omme staande dagvaarding gemeld, geaccordeert en
overeen gekomen te zijn, in manieren als volgt namelijk;
Dat de voorn. Tonis en Jan Dirkse Versleijs verklaren te samen en ieder en solidum en voor geheel
schuldig te weten aan den voorn. Saar Janse volgens rekening op heden ten hare genoegen gesloten,
de somma van 25 gld en dat de somma sullen moeten betaald in voegen als volgt; te weten, drie gld
op het ondertekenen dezer en verder alle weken een gld tot de volle voldoening toe, tenzij dezelve
geen werk hadde, in welke gevallen sij sullen, kunnen volstaan met te betalen, sooveel als doenlijk sal
zijn.
Waarmede de voorn. Saar Janse verklaart te nemen genoegen ende voorn. 3 gld ontfangen te
hebben,
actum Amm. 23.10.1744 Met kruisjes ondertekend.
------------------
[Hogendia; Ammerstol - RA nr. 6; Civiele Processtukken 1598-1744 ; B. Eikenboom]
|