Aantekeningen |
- 22-6-1598 Koopt een huis op de Hagendijck van Mathijsen Jacopsz voor 720 karolus gulden. Hij betaalt het in 3 termijnen. De eerste termijn van 300 kgl direct en dan nog 2 termijnen van 210 kgl elk die vervallen op resp. 20 juni 1599 en 20 juni 1600.
Op 22 juni 1598 is de eerste termijn betaalt, op 3 juli 1599 de tweede termijn en op 11 oct 1600 de laatste termijn.
[SA Breda inv 418 folio 218v]
- 11 jan 1600; Leent 108 kgl. van Jannen Aertsen van Loon ten behoeve van Pieter Andriessen, terug te betalen 11 jan 1602, zonder rente. Afgelost 12 apr 1611.
[SA Breda; inv 500 fol. 6r]
- 29 mar 1600; Leent 108 kgl. van Adrioaen Cornelis van de Broek. Als onderpand stelt hij zijn huis op de Hagendijck gelegen tussen het huis van Jan Ruttenzn en Adam Cornelis de Graauw aan de Donckvaart. Met rente betaalt 11 apr 1611
[SA Breda; inv 500; fol. 61r]
- 10 mar 1610; Verkoopt zijn huis voor 1000 kgl. aan Pieter Cornelis Leeuwen en diens vrouw Yken Anthonis Lenaertsdr. Betaling gebeurt in 4 termijnen. De eerste van 400 direct, daarna 3 gelijke termijnen van 200 kgl. di vervallen op 5 mar 1611, 10 mar 1612 en 10 mar 1613.
De betaling van de termijnen gebeurt op 27 mar 1610 (1ste), 11 apr 1611 (2de van 308 kgl), 4 apr 1612 (3de van 200) en 11 apr 1613 de laatste termijn van 94 kgl.
[SA Breda; inv 509 fol. 59r]
- 17 mar 1610; Koopt een nieuw huis op de Hagendijck voor 500 kgl. van Willem en Henricken, zonen van Henrick Marten Willemsen van Grinsvelt. Te betalen in 4 termijn, 1ste direct van 200 kgl. daarna 3 gelijke termijnen van 100 kgl die vervallen op 17 mar in 1611, 1612 en 1613 zonder rente.
Het huis ligt tussen de Roosencrans van de zelfde twee broers en de Cuyp van Dirck van Velde. Het huis was eerder eigendom van Peeter WIllem Snellen sinds 23 ec 1602.
De schult is 23 feb 1613 voldaan.
[SA Breda; inv 509 fol 63v]
- 20 mar 1610; Draagt zijn 3e termijn van verkoop van zijn eerste huis over aan Peeter Peetersen de Ras à 200 kgl. als deze vervalt op 10 mar 1612. Op 4 apr 1612 verklaart Peter de Ras dat de schult is geïnt.
[SA Breda; inv 509 fol 66r]
- 27 okt 1615; Leent 100 kgl. van Jan Sgrauwen vervaldatum 17 oct 1616 tegen penning 16 rente. Schuldbekentenis aan de kinderen van Jan Sgrauwen. Schuld voldaan 25 aug 1628.
Onderpand zijn huis Roodenburch tussen de huizen Roosencrans en Cuyp.
[SA Breda; inv 514 fol 138; vestbrieven]
- 7 jan 1619; Leen 100 rijksgulden van Adriaen Cornelis, steenhouwer. Vervalt 7 jan 1620 met 1/16 rente per jaar. Voldaan 2 nov 1627
[SA Breda inv 518, fol 3v; vestbrieven]
- 21 jul 1626; Aert Dircksen Aertssen is overleden en zijn vrouw Maeyken Aerts wordt vertegenwoordigt door hun zoon Dirck Aertsen. Dirck is getrouwt met Cornelia Henrick Mertens Verwijmer dochter.
Cornelia draagt de rogpacht en een half bunder beemden over aan de tweede vrouw van haar vader, Adriaene Merten Marten Spierinx dochter voor 450 rijksgulden. Als onderpand het huis van Adriaene aan de Haechdijck tussen de huizen de Cuyp en de Twee Bellen. Het betaalde bedrag vervalt terug aan Adriaene mocht Cornelia zonder kinderen overlijden.
[SA Breda; inv 518, fol 3v vestbrieven]
|