Startpagina | Wat is er nieuw | Foto's | (Levens)verhalen | Bronnen | Rapporten | Kalender | Begraafplaatsen | Grafstenen | Statistieken | Familienamen |
Treffers 2,101 t/m 2,150 van 5,248
# | Aantekeningen | Verbonden met |
---|---|---|
2101 | Sijn ondertrouwt Adriaen den Haringh j.m. van Tholen ende Cornelia Huijsens j.d. mede van hier. Testest: Cornelis den Haringh, Barbeltge Rochus, Jan Huijse, Levijna de Clercq | Gezin F294
|
2102 | Simon Mennickers verwercker van voornhout int de graefschap van der Lip Aechtken Godschalc Cornelyssen Wor dr, van Dordrecht | Gezin F223749249
|
2103 | Snel Hermanse, eijser. Contra Reijer Ariense gearrest, eijsch doende. De eijser concludeert tot condemnatie van 201-17-0, een halff bereeckenis gelt over geleverde hoepen, mitten costen. Goethardt mit de gearrest. present, constitueert tot cautie Gerrit Janse Waert, te dien sine hier mede compareerende, ende elcgen te gaen tot sijne huijse ende antwoordend ten principaele, seijde dat de eijser ende arrestant de gearrest. niet en heeft vol levert de nombre van de vercoste hoepen, doende met dien presentatie seijde bij de volle leverantie te vrede te sijn en arrest. te betalen alle tgunt hem is competeerende. Concludeert onder benefite van de voorn. presentatie ende bij refuus van de selve tot niet ontfanckel ende bij ordre tot absolutie mitten costen. Bullick mit de eijser present, ontkennende eenige hoepen vercost te hebben, meerder als hij gelevert heeft ende persisteert voor repliek als bij eijsch. Goethardt persisteert voor dupliek. Schepenen houden de saeck in advijs ende ordonneeren parthijen ter wedersijds jegens den naesten rechtdach inne te brengen alle tgeene tot defentie van hare stucken soude mogen dienen. | Waert, Gerrit Jansz (I21931)
|
2104 | Sommige bronnen op Internet plaatsen deze Hendrik bij andere ouders. De overlijdens akte van Hendrik heeft echter hier een definitief antwoord op gegeven. | Ambagtsheer, Hendrik (I3925)
|
2105 | Sommige bronnen stellen deze Arie Dircks gelijk aan een naamgenoot die later is getrouwd met Marichien de Haan te Molenaarsgraaf. Als je echter naar de doopdata van de kinderen kijkt en de huwelijksdatum dan zouden beide relaties gelijktijdig moeten hebben bestaan. Het lijkt onwaarschijnlijk dat Arie 2 vrouwen onderhield in 2 verschillende plaatsen die een dag reizen uit elkaar liggen. Dit punt is definitief beslecht met het terugvinden van een begrafenis vermelding van Arie Dircks man van Marichje Jans in Molenaarsgraaf en eentje van Arie Dircks Ambagtsheer in Heenvliet in het lidmaten registeren van Hedel in verschillende jaren. Dit betekent echter ook dat het niet mogelijk is te kiezen voor deze Arie Dircks als broer van Claes Dircksen en Adriaentje of de eerder genoemde Arie Dircks (Ambachtsheer) uit Molenaarsgraaf. Op basis van overweging te vinden bij de vermeende vader Dirck Claesen lijkt de huidige verbinding de meest logische | Ambagtsheer, Arien Dircksz (I5398)
|
2106 | Sophia liet nieuwe abdijkerken bouwen in Egmond en Rijnsburg. In 1138 ging ze samen met haar man op pelgrimstocht naar Jeruzalem en bezocht op de terugweg de paus in Rome. Als weduwe bezocht ze Santiago de Compostella. Daarna bezocht ze nog tweemaal Jeruzalem (1173) en (1176). Tijdens dat laatste bezoek overleed ze in het Mariahospitaal van de Duitse Orde in Jeruzalem. Ze werd in Jeruzalem begraven. [wikipedia] | van Rheineck, Sophia (I20907)
|
2107 | St. Marie te Utrecht 1223-1247 | van Kuyc, Andreas (I6104)
|
2108 | St. Pieter te Leuven | van Kuyc, Gerard (I6166)
|
2109 | St. Pieter te Leuven en van St. Servaas te Maastricht | van Kuyc, Jan (I6167)
|
2110 | Staat van inventaris van Dirkje van Dam, weduwe in der tijd van Adriaan Wor gewoond hebbende en op den twee en twintigsten maart des jaars zeventien honderd vier en vijftig overleden binnenn dezer stad Amsteldam in de Kalverstraat ten huize van haar zoon den heer Adriaan Wor. Inventaris gemaakt door Adriaan Wor en Lambertus van IJsendoorn na het ovelrijden van den heer Johannes Wor eenige executeurs van den testament door de opgemelde juffrouw Dirkje van Dam weduwe Adriaan Wor in dato 15 april 1746. vermeld haar zoon Johannes Wor overleden zonder decendenten als eenige erfgenamen haar zoon Adriaan Wor, haar zoon Cornelis Wor, haar dochter Anna Wor getrouwd met Lambertus van IJsendoorn, haar dochter Huberta Wor en haar kleinzoon de mede genoemde Adriaan Wor zijnde het eenig nagelaten kind van wijlen haar zoon Dirk Wor int huwelijk verwekt aan Anna van Biesum. | van Dam, Dirkje (I24421)
|
2111 | Stadsarchief OSA 4158 (1) vermeldt. Aankomst Compagnie ritmeester Ruijsch op 14-5-1699. ONder de 32 manschappen vinden we Bogart Overbroek; kwartiermeester woont bij Nies Morre op de Hinthamerstraat ('s Hertogenbosch) | Overbroeck, Burger Wilhemsen (I5238)
|
2112 | Staet ende inventaris in baten ende commeren bleven ende bevonden ten sterfhuijse van wijlent gillis van goethem fg joos overleden binnen dese prochie van stekene op den 6e april 1727 die bij desen maeckt en overgheeft aende heeren ende wethauderen der voorschreven prochie van stekenen susanna van duffel fa andries hauderigghe gebleven ten voorschreven sterfhuijse ende heeft sij hauderigghe staende haer huwelijck met den voorschreven overledenen gheprocureert vier kinderen als te weten bernardus bij competente aude sijn selfs sijnde marie audt beth dan vierentwintich jaeren joannes audt ontrent sesthien jaeren ende catharina margaretha van goethem audt ontrent de veerthien jaeren waer van wettighe vooghden sijn jan van goethem fg joos en pieter van duffel fg andries die int maecken deser present ende overgestaen hebbende dat inder manieren als volght, (Staten van Goed Stekene; 1341, register 429;folio 322; pg 649-663) | van Goethem, Egidius (I14930)
|
2113 | Staet ende inventaris van goede die bij desen is maeckende pieter buijle houder ghebleven ten sterfhuijse van pierijnten van duijse sijn huijsvrauwe s.m. beneffens jan saman ende jan van duijse tsaemen staende voochden over de weesen ten sterfhuijse voorschreven van de gronden van erfven meubelen ende schulden ghevende in handen voor ulieden heeren schepenen van kemseke ende st pauwels als oppervoochden om geregistreert te worden ten weesen registre, (Staten van Goed; Kemzeke en Sint Pauwel; Reg 381, fol 217, pg 436-443, dd 02-06-1664) | van Duijse, Pierijnken (I18950)
|
2114 | Staet ende inventaris van goede die bij desen maeckt ende overgeeft maeijken van de velde hauderigge gebleven ten sterfhuijse van wijlent pieter van duijse dat aen laurs van duijse ende mre chrisostemus van geluwe voochden van haere achtergelaeten weesen midtsgaders aen dheeren schepenen van kemseke ende ste pauwels als oppervoochden dat van alle den erfgront schulden van baete als achterdeele tot haeren sterfhuijse bevonden inder manieren soo hier naer volght, (Staten van Goed; Kemzeke en Sint Pauwel; Reg 384, fol 321, pg 643-655, dd 11-06-1681) Aen mijne heeren schepenen der vierschaere van kemseke ende ste pauwels, Supplierende verthoont reverentelijck jan de grootte ende jan de graeve wettelijck staende voochden van de drij minderiaerighe weesen van pieter van duijse te kennen gegevende dat de selve weesen beneffens den eerste supliant ter causen sijnde huijsvrauwe ende tanneken van duijse weduwe joos dhooghe tsamen sijn compiterende uijt den hoofde van den selven van duijse hunnen vaeder s.m. het derde paert van eene .... (Staten van Goed; Kemzeke en Sint Pauwel; Reg 386, fol 136, pg 259-261, dd 01-03-1692) Rekeninghe bewijs ende relicqua die midts desen is doende jan de grave voocht beneffens jan de groote van weesen pieter van duijse ghewonnen bij marie van velde en dat van sijnen ontfanck en administratie bij den voorschreven de grave ghehadt en genomen over de voornoemde weesen tsedert den tweeden julij 1691 doende dese rekeninghe in ponden schellinghen grooten vlams als volght, (Staten van Goed; Kemzeke en Sint Pauwel; Reg 389, fol 115, pg 234-238, dd 28-10-1695) | van Duijse, Pieter (I18951)
|
2115 | Staet ende inventaris van goede die bij desen maeckt ende overgeeft margriete van duijse fa pieters hauderigge ghebleven ten sterfhuijse van jan de paepe fg gillis dat van de goederen gheconquesteert ghederft als meubelaire inder manieren als volcht, (Staten van Goed Kemzeke; reg 381; Folio 145; pg 298-305) | van Duyse, Margaretha (I16186)
|
2116 | Staet ende inventaris van goede die bij desen maeckt ende presenteert over te geven ende besweiren elisabeth christiaens als weduwe ende hauderigghe gebleven ten sterfhuijse van laurs van duijse fg --- haeren man sa.me. overleden binnen dese prochie van ste pauwels den --- febr 1688 sonder achter gelaeten thebben eenich lichaemelijcke hoor soo dat tsijnen sterfhuijse hoirs sijn jan de grave als thuwelijck hebbende margriete van duijse eenen staeck pieter jan ende gillis de buijl ter caussen van pirijntien van duijse haere moeder eenen tweeden staeck item de kinderen van jan van duijse eenen derder ende de kinderen van pieter van duijse eenen vierden ende leste staeck dat alles inder manieren soo hier naer volght, (Staten van Goed; Kemzeke en Sint Pauwel; Reg 385, fol 174, pg 326-344 dd 23-03-1688) | van Duijse, Laeuwereijs (I18952)
|
2117 | Staet van goede die bij dese maken en[de] overbringhen in handen van schepen[en] van S[int]-P[auwel]s om[m]e overgestelt te werden in de wees[en] bouck Joos de Hooghe, Joos van Meerssche als staen[de] voochden van [de] II kin[deren] Jan de Cock die hij gehat heeft bij Maije 's Westlyncx zijn huysvr[auwe] zo hiern[aer] volcht, Eerst zo es den voorn[oemde] II wees[en] v[er]storven van huerl[uyden] vader de dry deelen van [de] hofstede met oock de dry deelen in een ghem[et] lants daer an- ligghen[de] binnen de prochie van S[int]-Pauwels in den Crayenackers en[de] het ander vierendeel behoirt toe de wees[en] moeder zo in de hofstede als in 't ghem[et] lants duerdien zij t' s[ae]m de helft gecocht hebben en[de] houdt oock ter bijlevy[nghe] het vierendeel van [de] voorn[oemde] hofstede haer leven gedueren[de] welcke hofstede en[de] lant belast met thien maten rogx 't s[jae]rs die heffen d' hoirs Symoen de Maere bovendien noch belast met XX s[chellinghen] g[rooten] 't s[jae]rs den X en[de] XVI [de] heft de w[eduwe] Jacob V[er]beke en[de] belast noch met XXVII stuvers 't s[jae]rs in twee chaertres tot proffijte van Pieter Cole en[de] d' hoirs G[illis] Toen de wees moeten dooghen de dry delen behalfven dat se de hauwerigge betalen moet zolanghe de houdenesse van [de] kin[deren] duiert en[de] hae[ren] bijlevynghe zonder den wees[en] cost Item den wees[en] is noch v[er]storven van huerl[uyden] vader het vierendeel in een half bunder lants zulcx de vader gecocht heeft in huwel[ijck] met de wees moeder en[de] het ander vierendeel compt tot proffijte van de wees moeder int half buynder lants en[de] de ander helft int voorn[oemde] half buynder compt oock tot proffijte van [de] [t]wee wees gecocht bij den voochden dus hebben de wees der inne de dry delen int voorn[oemde] halfs bunder lants ligghen[de] binnen S[int] P[auwels] in de voorn[oemde] wijck en[de] en es niet belast dan met 's hee[ren] rente op de Ast en[de] ghelt jaerl[ijcks] in pachte bij Joos de Caluwe ghehuurt voor XIIII s[chellinghen] g[rooten] 't s[jaer]s wel v[er]staen[de] dat de w[eduwe] G[illes] de Cock hier- inne haut ter bijlevinghe het vierendeel in 't voorn[oemde] half buynders landts dus tot proffijte van[de] wees[en] 't s[jaer]s VII s[chellinghen] g[rooten] Item den wees[en] is noch v[er]storven van [de] huysv[rauwe] Jan de Mare, Pierinne sCocx den wees[en] oude moye over de wees[en] potie XII p[ond] g[rooten] eens in geld de welcke houdt Joos de Caluwe op v[er]loop den pen[ning] XVI zolange alst den voochden belieft off dat hij Joos de Caluwe beset doen zal dus hier XII p[ond] g[rooten] Item den voorn[oemde] Joos de Caluwe getraut hebben[de] de wees[en] moeder heeft genomen te houden de twee voorn[oemde] kin[deren] vrij en[de] vranck van montcosten, sieck en[de] gesont, cleen, reen, vrij van settin[ghe], bruloghen, kinderheffen en[de] alle andere oncosten die den wees[en] zoude mogen overco[m]men en[de] dit voor den tijt dat het joncxste kindt zal oudt wes[en] XV jae[ren] welcke houdenesse expire[ren]. zal kerss[avon]t neghentich naestcomen[de] ten wae[re] dat het joncxste quame van leven[de] lijve ter doot zo v[er]schijnt en[de] volhent den voorn[oemde] houdenesse als het oudste zal wes[en] XV jae[ren] oudt waervoor hij Joos de Caluwe heeft alle het haffel[ijck] goet bevonden in 't sterfhuijs van[de] wees[en] vader binnen en[de] buyten den huyse zo wel schulden van baten als schulden van achterdeel boven dese heeft hij Joos de Caluwe alle de kin[deren] goet te ghebruycken zolanghe de houdenesse dueren zal te weten de wees[en] potie in de hofstede en[de] in 't ghem[et] landts en[de] het vierendeel in 't half buynder lants zulcx de vader gecocht heeft met de wees[en] moeder met conditie dat hij Joos de Caluwe moet betalen en[de] houden t[e] zijne laste alle de renten d[aer]op staen[de] zouden den wees[en] cost boven dese is den voorn[oemde] Joos de Caluwe gehouden te ontheffen ende te ontlasten den wees[en] van X s[chellinghen] g[rooten] 't sj[aers] spreken[de] en[de] op de voorn[oemde] hofstede en[de] de zelve te lossene over de voorn[oemde] wees[en] in 't pont gr[ooten] 't sj[aer]s dat heft de we[duwe] Jacob V[er]beke ofte emmers te tellen de wees[en] acht pont gr[ooten] in ghelde dit is aldus ghed[aen] ter p[rese]ntie van[de] voorn[oemde] voochden en[de] Joos de Caluwe en[de] de wees[en] moeder Aldus overghegeven de voorn[oemde] staet van goede en[de] houdenesse van [de] wees[en] n[aer] ons beste v[er]stant en[de] wetentheyt ons t' orconden onderteeckent Joos de Hooghe, Joos van Meerssche met zeker hanteecken en Joos de Caluwe met zeker handteecken. [GOA Kemzeke en Sint-Pauwels register 362 folio 186v en 187] Brulog == bruiloft (zie bruiloft in de GTB) bylevinghe == levenslang vruchtgebruik zie ook bylevinghe De plaatselijke munteenheid was "pond grooten Vlaams" die onderverdeeld was in 12 schellingen of 240 grooten. ß staat op zich zelf voor s(chellinghen) en het is gebruikelijk dit, waarschijnlijk om onderscheid van andere muntsoorten helder te maken, te noemen als schellinghen grooten (referenties hiervoor zijn eenvoudig te vinden met de zoektermen "schellinghen grooten" en "scellinghen grooten" ). Transcriptie gemaakt door: Harold van Aalderen met verbeteringen van Pauwels, Annemarie47 en Bart Jans via het Stamboomforum sectie Leeshulp (zie: http://www.stamboomforum.nl/subfora/236/2/51435/0/leeshulp_gevraagd_staten_van_goed_akte_jan_de_cock_en_maije_westelinx_sintpauwel_1585 ) | Westelinck, Maeij (I1756)
|
2118 | Staet van goede die bij desen zijn overghevende luijck maes en philips verberckmoes als wettelijck staende voochden en joos van vlierberghe als deelvoocht van kinderen van wijlent s.m. mattheus verberckmoest die hij hadde bij johanne van mullem zijn huijsvrauwe ende dit naer hen beste wetentheijt en verstaen van alle de gronden van erfven meubelen zoo hier naer volcht, [Staten van Goed Sint Pauwels; Register: 376 Folio: 77 pagina.163-169 ] | Gezin F680
|
2119 | Start samen met J Otto in 1934 een firma als beurtschipper naar Rotterdam. Dit bedrijf groeit uit tot een algemeen expiditie bedrijf. Adverteert tussen 1934 en 1980 veelvuldig in de Woerdense Courant | Ambagtsheer, Ridderus Gerrit (I3712)
|
2120 | Staten van Goed akte uit Zelzate dd 24 mei 1679 van Janneken Geens vermeldt moeder Livijne Dielemans | Gheens, Joanna (I21762)
|
2121 | Staten van Goed van Ambacht Assenede vermeldt (index deel 2 blz 19) verkoop land na huwelijk van Janneken Sgravens laatst weduwe van Matthijs Claeys. Kinderen uit eerste huwelijk met Jacques Dielman, Livijne x Pieter Gheens fs Adriaen en Maeyken. Voogd Lieven Dielman fs Jans Andere akte van 4.3.1613 vermeldt Jacob Dielman x Janneken Schraven fa Cornelis Voogden: Adriaen van Heerweghe, Pieter van Winde bijgestaan door Antonius vanden Bossche Wezen: Vijntkini 6j, Mayken 3j en Pierijntien 6m ervden van Pieter Smet, oud-grootvader gedeeld met wezen van Adriaen Creve fs Pieter. | Gezin F223748644
|
2122 | Stephanyken dochter van Peeter Peetersen van den Reynaert, backer ende Lijsbets Fransen | van den Reynaert, Stephanijken (I23953)
|
2123 | Steven Henricksen j.m. van Arnhem ende hendersken Arends j.d. van dee Klingelbeeck attestatie gegeven den 21 meij. | Gezin F223749138
|
2124 | Stichtte haar memorie in de kerk te Strijen | Lidewij Mathijsdr (I21415)
|
2125 | Stichtte zijn memorie in de kerk te Strijen. Of zijn genoemde kinderen ook werkelijk van hem waren of van een andere Marten (Maerten) is niet 100% zeker, doch wel uiterst waarschijnlijk. | Marten Mathijsz (I21411)
|
2126 | Stijntje wordt genoemd als doopgetuigen bij de kinderen van Andries Ariens Ambachtsheer (1676) Dirck Claesz (1669) Teunis Teunis Klophamer/Ambachtsheer (1667) Teunis Pons (1691) | Stijntjen Arijens (I16957)
|
2127 | Suetkin Heyndrix wijff heeft samen met Floris Heyndricxz., vermoedelijk haar zoon, een memorie (77) in de kerk van Poortugaal | Heijndrick (I4870)
|
2128 | Susanna Moton weduwe van David Hombert laet na munidge kinderen in't Croonspoortje achter Clarenburgh | Mouton, Susanne (I23503)
|
2129 | Susanna de Hon weduwe van Pieter Mouton in de Wittevysten laet na munderige kinderen begraven in Jacobskerk 12 dr. | de Hon, Susanne (I23505)
|
2130 | Svjatoslav weigerde zijn moeder te volgen in haar bekering tot het christendom omdat hij bang was dat hij hierdoor het respect van zijn soldaten zou verliezen. Hij bracht bijna zijn hele leven door op campagne waarbij hij het harde leven van zijn soldaten deelde. Svjatoslav's vader Igor stierf rond Svjatoslav's geboorte. Zijn moeder regeerde als zijn regentes. Svjatoslav was eerst prins van Novgorod en werd in 959 grootvorst van Kiev. Hij begon al snel met een campagne tegen de Chazaren die de Wolga controleerden (tot Kiev en Wolga-Bulgarije) en grote inkomsten hadden van de tol die ze daar hieven. Eerst probeerde hij macht te krijgen over de Slavische volken die onderworpen waren aan de Chazaren, met name de Wolga Bulgaren. Hij gebruikte hierbij Petsjenegen en Turken uit Centraal-Azië als huurlingen. Vervolgens verwoestte hij de Chazaarse steden Atil (de hoofdstad), Samander en Sarkel, waar hij een eigen nederzetting stichtte. Verder bestond zijn campagne tegen de Chazeren vooral uit plundering en verwoesting. Hij deed geen poging hun rijk blijvend te bezetten, wel werden de invloed en de controle over de handelsroutes, en ook de aanwezigheid van de Russische bevolking, sterk naar het oosten en het zuiden uitgebreid. Algemeen wordt aangenomen dat deze campagne werd uitgevoerd als gevolg van politieke samenwerking met het Byzantijnse rijk. De Russen namen ook deel aan een Byzantijnse expeditie tegen Kreta. In 967 viel Svjatoslav op verzoek van Byzantium (en in ruil voor 15000 pond in goud) de Bulgaren aan met een leger van 50.000 man, waaronder duizenden Petsjenegeense huurlingen. Svyatoslav versloeg de Bulgaren maar nu werden de Petsjenegen door de Byzantijnen betaald om de Russen aan te vallen. In 968 belegerden ze Kiev maar trokken zich terug toen ze de lijfwacht van een van Svjatoslav's aanvoerders zagen en dachten dat dit de voorhoede van het hele leger was. Olga stuurde een brief aan Svjatoslav waarin ze hem op zijn plichten wees en hij keerde terug naar Kiev en versloeg de Petsjenegen. Svyatoslav weigerde zijn veroveringen in Bulgarije af te staan aan Byzantium, zoals oorspronkelijk was overeengekomen, en verplaatste in 969 zijn hoofdstad naar de monding van de Donau. Hij stelt zijn drie zoons aan als bestuurder van districten in het thuisland. Met een leger, waarin ook Hongaren en Petsjenegen, viel hij Thracië binnen. Ze veroverden Plovdiv (stad) waar de bevolking werd uitgemoord. De nieuwe Byzantijnse keizer probeerde tot een vergelijk te komen maar Svyatoslav reageerde door Adrianopel te belegeren. Dit leidde tot paniek in Constantinopel. Svjatoslav had toen ook diplomatiek contact met Otto I de Grote, die in Italië een conflict met het Byzantijnse rijk had. In 970 trok het Russische leger naar Constantinopel en werd 100 km ten westen van de stad verslagen bij Arcadiopolis. De Byzantijnen trokken door de bergen Bulgarije binnen en veroverden Devnya waar ze een aantal Bulgaarse gijzelaars in handen krijgen. Svyatoslav werd in 971 twee maanden belegerd in Silistra. Daarna werd een regeling getroffen. In ruil voor vrije aftocht en voorraden voor de reis, trok Svyatoslav zich terug, stond zijn veroveringen op de Balkan af aan het Byzantijnse Rijk en zag af van aanspraken op de Krim. Geteisterd door honger trok het leger van Svyatoslav naar Kiev. Ondanks waarschuwingen van zijn bevelhebbers waagde Svyatoslav zich aan de oversteek van de Dnjepr bij de stroomversnellingen. Daar werd hij in een hinderlaag door de Petsjenegen gedood, die daartoe door de Byzantijnen waren opgestookt. De khan van de Petsjenegen maakt een drinkbeker van de schedel van Svyatoslav. Svjatoslav was de eerste heerser van Kiev-Roes' wiens naam van zuiver Slavische origine is, in tegenstelling tot zijn voorgangers, wier namen uit het Oudnoords komen. Bij andere Slavische volkeren werd er echter geen variant van zijn naam gevonden. En zelfs in Kiev-Roes' kwam zijn naam (alsook die van zijn opvolgers Vladimir, Jaroslav en Mstislav) enkel in het geslacht der Ruriken voor. Volgens een Byzantijns verslag van de onderhandelingen bij Silistra, was hij van gemiddelde lengte en lichaamsbouw, en schoor hij zijn hoofd en baard, maar liet hij een lange snor staan en een kuif op de zijkant van zijn hoofd, als teken van zijn adellijke afkomst. Het droeg schone, witte kleding, en hij droeg één grote gouden oorring, met een robijn en twee parels. Na Svjatolavs dood stegen de spanningen tussen zijn zonen, en brak er een burgeroorlog uit tussen Oleg en Jaropolk, waarbij Oleg gedood werd en Jaropolk zijn opvolger werd. In 977 vluchtte Vladimir naar Scandinavië om te ontsnappen aan het lot van Oleg, waar hij een leger verzamelde, en waarna hij in 980 terugkwam. [wikipedia] | van Kiev, Svjatoslav I (I20937)
|
2131 | Swanahilde was een nicht van Odilo van Beieren en een van de gevangenen die Karel Martel maakte tijdens zijn Beierse campagnes (720-723). Kort daarna trouwde Karel met haar. Swanahilde arrangeerde bovendien een huwelijk tussen Odilo van Beieren en Hiltrude, dochter uit Karels eerste huwelijk met Rotrude van Trier. Na de dood van Karel wordt Swanahilde door haar stiefzoons in de Abdij van Chelles geplaatst, vermoedelijk tegelijk met de gedwongen intrede in een klooster van haar zoon Grifo. [wikipedia] | Swanahilde (I20728)
|
2132 | Sybert Jansz Wor, schoermaecker, j.g. wonende in de cannecopersbuert Mayken Jansdr van der Linde wonende int weestraetgen beyde van Dordrecht | Gezin F223749251
|
2133 | Sybert Wor weduwer van Dordrecht wonende tot Sevenbergen Lijsbeth Goeijers Cruys dochter van Breda Aldaar trouwende per schrijven van Breda proclamatie Sevenberg | Gezin F223749256
|
2134 | Tenminste nog één levende persoon is verbonden aan deze aantekening - detailgegevens worden niet weergegeven. | Levend (I13032)
|
2135 | Ten aanzien van het huwelijk van de kinderen Maria (geb 1598) en Maria (geb 1602) is enige onduidelijkheid wie bij wie hoort. Beide worden genoemd als Maria/Mariken Sibertsdr Wor Beide huwelijken leveren in een overlappende periode kinderen soms in hetzelfde jaar. Het gaat dus beslist om twee verschillende vrouwen. Geen van beide vernoemd een kind naar Maria Toenisdochter dus dat geeft geen zekerheid wie het kind is van deze eerste vrouw van Sibert. Maria geb 1602 (moeder Janneke een afleiding van Johanna/Johannes) vernoemd een kind Joanna en een Johannes. Echter omdat de vader van haar man Joannis heet is het niet duidelijk of het hier gaat om een vernoeming naar vaders kant of een vernoeming naar moederskant. Uitsluitsel kwam met de volgende akte: Op huyden den lesten April 1637 compareerde voor mij not[ari]s in presentie van den getuygen naer genoemt sr. Gijsbrecht van Haerlem als behuot vader ende voocht over het onmondich kint van za[lige]r Jan Sijberts Wor, Gijsbrecht van Dalen sr van Mijnsheerenlant als man ende voocht van Maria Sijbert Wors dr. de oude, Geerit Schut als man ende voocht van M(aria) Sijbert Wors dr. de jonge, Sijbert Cornelisz Wor, Serv(out) van der Wal als man ende voocht an Maria Cornelis Wors dr. ende Philps van der Wal als man ende voocht van Claertgen Cornelis Wors dr. alle erfgen[amen] van za[lige]r Cap[itey]n Sijbrecht Wor soo voor haer selven ende in desen haer sterckmaken[de] voor Josijna Sijberts Wors dr. ende Janneken LIevensdr. … wijlen den voorn. cap[iteyn] Sijbert Wor... (RAD, NA archief 20, inv 81 folio 43) | Wor, Sijbert Sijbertsz (I23333)
|
2136 | Ten dage ende voor commissaren voorsz. compareerden Abraham Ghilsemans van Antwerpen pasteybacker oudt omtrent XXXI jaren woonende tot Rotterdam alwaer hem opgeleght worde de geboden mede te latenden ende daervan betoogh om te brengen ter eener, ende Maeiken de Zwart van Antwerpenn oudt XXII jaren woonende inde Papenburgssteegh geassisteert met Hans de Zwart ende Martyntgen Stoops haere vader ende moeder ter andere zyden ende gaven aen verzoekende als voren ende naerdien zij op alles nae behooren geantwoordt hadden zijn hun hare geboden verwilliget getekend door Abraham Gilsmans Maeyken de Swert | Gezin F223749139
|
2137 | Tenminste nog één levende persoon is verbonden aan deze aantekening - detailgegevens worden niet weergegeven. | Levend (I12050)
|
2138 | Test. v Elizabeth de Munck ovl. grootmoeder wed. van Adriaan Jasperse, not. Jahannes Roef 29-7-1786, wezen Catharina en Adriaan Jasperse Rapholm erven maar krijgen niets voor 25 jaar, mochten ze daarvoor komen te overlijden dan erven Cornelis en Elisabeth van de Vaarde voorkinderen van Johanna Adriaanse verwekt bij Janis van de Vaarde ovl. Voogd Marinus Boogaard [Weeskamerarchief Goes 18W 94v 26-4-1793] | Johanna Adriaanse (I541)
|
2139 | Testament van Cornelis Ambagtsheer dd 16 aug 1717 (ONA Hilligersberg 4915 blx 758-760) noemt stiefdochter Marijtje Willems Hoogerweert en stiefzoon Cornelis van der Kloot. Kinderen van Marijtje Gerris Stolck. Ook genoemd worden Leendert Arijse Ambachtsheer (zijn neef). Niet genoemd wordt Pieter Ariens Jongeneel waaruit we mogelijk kunnen aannemen dat deze in 1718 niet meer in leven was. (ONA Rotterdam inv 4915; blz 940) | Ambagtsheer, Cornelis Leendertsen (I3254)
|
2140 | Testament van Geertruyt Jordensdr huysvrouw van Leendert Jacobs van Dijck woonende binnen deser stede benoemt tot voochden over haeren minderjarigen voorsoon geprocreert bij Pieter Jansen Haeren eersten man zaliger haar jegenwoordige man den voornoemde Leendert Jacobsen van Dijck, Pieter Jordens en de Gijsbert Jordens haere broerders | Wor, Geertje Jordens (I24178)
|
2141 | Testament van Gerridt Dircxss Conijnenburch en Neeltgen Cornelisdr van der Chijs | Schouten alias Conijnenburgh, Gerrit Dircksz (I23545)
|
2142 | Teunis Arents van Molanen weduwnaar met Machtelt Barents van Rijn j.d. van Loosduynen, van Monster den 20 dito met attestatie hier in ondertrouw opgenomen. | Gezin F223748591
|
2143 | Teunis Arentze van Molanen wed. van Maertje van Rhijn wonende alhier met Amilia Elizabet Hage wed. van Christiaen van Esch. Getrout in Haghe den 22. october | Gezin F223749100
|
2144 | Teunis Ariens (Wegkooren alias Teunis Griek), en Grietje Ariens, echteluyden Arien Teunisz. Griek, en Tryntje Teunis de Jong, syn vrou [Hogendia; Ammerstol, lidmaten 1664-1706; B. de Keijzer] Trijntje Teunis is doopgetuigen bij de kinderen van Jan Teuniss Griek. Arien Teunisz is dus waarschijnlijk diens broer en dus ook een zoon van Teunis Ariens. | Gezin F223748678
|
2145 | Teunis en Lammertje laten een aanzienlijke erfenis met een totale waarde van fl. 37.605:18:- na. Het testament is opgemaakt dd 26 dec 1748 en dd 14 nov 1769. De boedelscheiding dd 12 maart 1801 (GA R'dam/Not.Archief.Prot nr 3439 fol. 325/545) ( beslaat maar liefts 221 grote folios. Het testament noemt alle broers en zussen van Teunis alsmede diverse kinderen daarvan. De begrafenis moet ook aanzienlijk zijn geweest gezien de kosten van fl. 524:1:2 | Ambagtsheer, Teunis Baltensz (I2918)
|
2146 | Teuntie van der Kant | Michels, Johan Nicolaas Johan (I3114)
|
2147 | Teuntje vetrok uit de gemeente op 17-09-1976 naar Hilversum. | Ambagtsheer, Teuntje (I5478)
|
2148 | The Church of Jesus Christ of Latter-day Saints (www.familysearch.org) record batch# 7335508 sheet 89 source cal no 0934297 vermeldt Andries Ambachtsheer als zoon van Arie Ambagtsheer x Margje Willems | Arie Cornelis (I5469)
|
2149 | Theobald was graaf van Arles en grootgrondbezitter in de Provence. Theobald raakte in 880 ernstig gewond in de oorlog tegen Bosso van Provence maar herstelde. In 883, toen er een grote behoefte was aan soldaten en ridders, maakte hij gebruik van een pardonregeling voor roofridders. Theobald was getrouwd met Bertha van Lotharingen (863 - 8 maart 925), buitenechtelijke dochter van Lotharius II bij Waldrada. Bertha is beschreven als mooi, levenslustig, moedig en ambitieus – en de drijvende kracht achter de politiek van haar echtgenoten. Theobald en Bertha kregen de volgende kinderen: [wikipedia] | van Arles, Theobald (I20698)
|
2150 | Theodo speelt een belangrijke rol in de opbouw van de Beierse staat. Hij kiest Regensburg als hoofdstad en begint de opbouw van een eigen Beierse kerk. Hij creëert bisdommen en stuurt zendelingen door geheel Beieren: de heiligen Rupert van Salzburg, Erhard, Emmeran en Corbinianus. In 702 biedt hij onderdak aan de Longobardische troonpretendent Ansprand en zijn zoon Liutprand. Daarna verdeelt hij het bestuur van Beieren onder zijn vier zonen: Theudebert (ook Theodo III van Beieren), Theudebald, Tassilo en Grimoald. Zelf kiest hij Salzburg als residentie. De naamgeving van de Beierse hertogen is zeer verwarrend: -Er zijn drie legendarische hertogen met de naam Theodo, die in de zesde eeuw zouden hebben geregeerd. -De vader van Theodo wordt in sommige bronnen ook Theodo genoemd. Daarmee wordt deze Theodo zowel als Theodo I, Theodo II, Theodo IV of Theodo V genummerd. -Sommige bronnen zien deze Theodo en zijn zoon Theudebert (Theodo III) als dezelfde persoon. Volgens de legende was zijn dochter Uta zwanger van een onbekende minnaar en was bang voor de woede van haar vader en broers. Daarom bood de zendeling Emmeran aan om de schuld op zich te nemen, omdat hij toch naar Rome zou reizen. Toen Uta gedwongen werd om de naam van haar minnaar te noemen, noemde ze inderdaad de naam van Emmeran. Daarop achtervolgde Lantpert, een van haar broers, de zendeling en doodde hem. [wikipedia] | van Beieren, Theodo II (I20810)
|