Startpagina | Wat is er nieuw | Foto's | (Levens)verhalen | Bronnen | Rapporten | Kalender | Begraafplaatsen | Grafstenen | Statistieken | Familienamen |
Treffers 1,751 t/m 1,800 van 5,248
# | Aantekeningen | Verbonden met |
---|---|---|
1751 | Leendert Bastiaens de Vlieger weduwe van CLaertje Bastiaens Besemer Grietje Gerrits van Gelder j.d. beide wonende alhier | Gezin F223749022
|
1752 | Leendert Coornelissen, heemraad van West-Barendrecht en Carnisse, Coenraet Joppen, Pieter Joppen, Cleement Bastiaensen, als man en voogd van Lijntghen Joppendochter, en voornoemde Coenraet Joppen, heemraad, als voogd van de nagelaten weeskinderen van zaliger Neeltghen Joppen, van de kinderen van Annen Joppen en van Arien Joppen en vervangende zijn broers Aert en Euwout Joppen, transporteerden op 6 juli 1619 aan Lijntghen Aerentsen, weduwe van Jacop Martensen, 547 roeden in het Nieuwe Bedijkte Land van West-Barendrecht. In de marge van deze akte staat genoteerd dat dit een eigenbrief was voor ’Lijntghen Jacop Maertensen wedue van 't landt van Leendert Coorn(elissen) en d’erffgenamen van za(liger) Trijntghen Cleys’. | Trijntge Claes Coenendr (I5951)
|
1753 | Leendert Jacobsen molenaer j.m. van Rotterdam Geertruijt Jordens van Swijndrecht weduwe van Pieter Jansen Wor beyde woonende in de Vriesestraet sijn getrout op de line den 19 february 1662 | Gezin F223749267
|
1754 | Leuven 1139-1-25, na de dood van Walram II van Limburg door zijn zwager koning Koenraad III van het H.R. Rijk begiftigd met de titel hertog van Neder-Lotharingen eind 1139/begin 1140 en als zodanig voor het eerst vermeld 1140-2-9 | van Leuven, Godfried II (I20351)
|
1755 | Levinus Wolfers heeft in 1858 in de Strafgevangenis van Goes gezeten (inschrijvingsnummer 1733) en ook in 1861 (inschrijvingsnummer 540) In het Volksblad van 13 juli 1872 verschijnt een advertentie met de volgende tekst: Lasteraars Belooning vijf gulden aan degenen die aanwijst de persoon welke de eerste laster heeft verspreidt, dat de ondergeteekende zich zoude hebben schuldig gemaakt aan het aanstukken snijden van een Vischtouw. Goes. L. J. Wolfaert | Wolfaert, Levinus Johannes (I4384)
|
1756 | Lijjftocht 1382. In 1381 werd Loukin Florisz. genoemd met zijn vrouw Kerstine Jan die Blondedr. In 1407 bezat ze nog de stukken land, die haar dochter Yde in 1414 overdroeg. | Chritina Jan Die Blondedr (I1719)
|
1757 | Lijk aangegeven door Aeltje Gabriels | van Wingerden, Dirck Arijenssen (I10964)
|
1758 | Lijsbeth van der Wolden wed. van David Hombart op de nieuwecamp, bij het stadstimmerhuys laat na mondige kinderen, beg. gratie | van der Wouden, Elisabeth (I23495)
|
1759 | Lijst van de goederen nagelaten door: Geertruit Verstelle t.b.v. haar man Mattheus Oeije en hun 3 kinderen: Jacobus oud 20 jr., Adriana oud 15 jr., Cornelia oud 13 jr. 1690- juni 3. Overgebracht door: Mattheus Oije (vader en voogd). 1 katern. | Oijee, Mattheeus (I22452)
|
1760 | Lijst van de goederen nagelaten door: Maijken Anthonis t.b.v. haar man Abraham Jasperse Jason en haar 6 kinderen: Geertruijt, Maddeleena, Anthonij, Tanneken, Maria (meerderj.) en Lijsabeth oud 16 jr. 1661- maart 5. Overgebracht door: Abraham Jason, Geeraert Verstelle (voogd). 1 katern. | Jason, Abraham Jasperse (I22466)
|
1761 | Liudolf (vóór 806 - 11 maart 866) is vanaf 840 vermeld als graaf in Saksen. In 845 bezocht hij met zijn vrouw de paus in Rome, om zijn steun te vragen voor de oprichting van een vrouwenklooster. Dat klooster werd door hen gesticht in 852 in Brunnshausen, en zou later naar Gandersheim worden verplaatst. Vanaf 850 wordt hij ook genoemd als hertog van de Oost-Saksen (Latijn: dux orientalis Saxonum), hij vocht tegen de Slaven en de Vikingen. Zijn persoonlijke bezittingen lagen ook in het oosten van Saksen. Liudolf is begraven in zijn eigen klooster in Brunnshausen. Het geslacht van de Liudolfingen (ook de Ottonen) is naar hem genoemd, omdat hij er de oudste met zekerheid bekende vertegenwoordiger van is. Er wordt echter algemeen vanuit gegaan dat zijn ouders de graaf Bruno van Saksen (geb. ca. 770) en Auda (geb. ca. 780) waren, de ouders van Bruno zijn dan de krijgsheer Bruno van Engern (geb. ca. 725) en Gisla van Verla (geb. ca. 735). [wikipedia] | van Saksen, Liodulf (I20594)
|
1762 | Liutgard trad na de dood van haar man op als regent voor haar minderjarige kinderen. Zij schonk voor het zielenheil van haar gemaal het bezit Rugge aan de Sint Pietersabdij te Gent op 20 september 993. Zij riep de hulp van in van haar zwager, koning Hendrik II, die in het voorjaar van 1005 de West-Friezen met een vloot aanviel ("om haar woede te kalmeren" zoals Thietmar van Merseburg vermeldt). In juni 1005 verzoende zij zich vervolgens met de opstandige West-Friezen door toedoen van Hendrik. Liutgard is begraven in de Sint-Adelbertabdij te Egmond. [wikipedia] | van Luxemburg, Luthardis (I20958)
|
1763 | Locaties uit het leven van Catharina de Grave | de Grave, Catharina (I14919)
|
1764 | Lodewijkspolder valt onder Kattendijke | Wulfers, Anthonius Joannes (I4390)
|
1765 | Lotharius was een van de aanvoerders, die in opdracht vaan Hendrik de Vogelaar Lenzen probeerde te veroveren. In die tijd was dat een vesting van de Wenden aan de Elbe. Lotharius sneuvelde in een veldslag bij Lenzen. In deze slag werden de Redariërs, een Slavische stam, verslagen. Toen het Saksische leger na de slag verder oostelijk de burcht van de Redariërs bereikte, gaven die zich na een kort gevecht over. In ruil voor hun leven mochten de Redarische strijders ongedeerd de burcht verlaten, maar zij moesten hun wapens, slaven, vrouwen, kinderen en alle ander bezittingen achterlaten. Lotharius zoon van Lotharius van Stade (ca. 840 - Ebstorf, 2 februari 880) die was gesneuveld tegen de Denen. [wikipedia] | van Walbeck, Lotharius I (I20871)
|
1766 | Lotharius werd in 929 graaf van Walbeck, de Derlingau, de Balsamgau en het noorden van de Thüringgau, als opvolger van zijn vader Lotharius I van Walbeck. In 941 nam hij deel aan een samenzwering om Otto I de Grote te vermoorden. Het plan mislukte en Lotharius werd ter dood veroordeeld maar uiteindelijk op voorspraak van zijn vrienden van executie gered. Zijn bezittingen werden verbeurd verklaard en hij werd gevangengezet bij markgraaf Berthold van Schweinfurt. Lothar wist zich uiteindelijk met de keizer te verzoenen en kreeg een deel van zijn bezittingen en leengoederen terug, samen met een schadevergoeding voor gederfde inkomsten. Hij stichtte als boetedoening een aan Maria gewijde kapittelkerk in Walbeck. De verhouding met Berthold was zo goed geworden dat hij hem zijn dochter als vrouw gaf. [wikipedia] | van Walbeck, Lothar II (I20869)
|
1767 | Louwris Cornelisse | Maatje (I21044)
|
1768 | Lucas Hoochlander backer wednaer wonende op de nieuwe sluijs met Cornelia Jacobs van der Wor j.d. wonende aen de beurs beijde van Dordrecht sijn alhier getrout op 22en juni 1669 | Gezin F223749353
|
1769 | Lucrecia van Langen | van Aalderen, Aleijda (I13208)
|
1770 | Luitfried bracht zijn jeugd door op de residentie van zijn vader, de palts van Koeningshoffen. In 723 wordt hertog van de Elzas, als opvolger van zijn vader. Het hertogdom omvat naast de huidige Elzas ook de omgeving van Bazel (Zwitserland), de Breisgau en de Ortenau. Hij kiest Straatsburg als zijn hofstad en maakt zijn broer Eberhard graaf van de Sundgouw. In 734 doet hij de eerste van 7 schenkingen aan het klooster Wissembourg dat zijn vader heeft gesticht. Hij doet ook schenkingen aan Honau en Murbach (gesticht door zijn broer Eberhard). Vermoedelijk is Luitfried bondgenoot van Karel Martel en zijn zoon Carloman in hun pogingen om de Alemannen ten oosten van de Rijn te onderwerpen. Hij werkt ook nauw samen met bisschop Heddo van Straatsburg. Na zijn dood worden belangrijke familiebezittingen door Pepijn de Korte geconfisqueerd en wordt er geen nieuwe hertog benoemd. Het is waarschijnlijk dat Luitfried in zijn laatste jaren een tegenstander van Pepijns machtsstreven was. Zijn zoons mogen wel het bestuur van de Elzasser graafschappen voortzetten. Mogelijk is de beëindiging van het Elzasser hertogdom vooral veroorzaakt doordat de Elzas vanouds onderdeel uitmaakte van Alemanië en dat er na de definitieve onderwerping van de Alemannen in 745 geen behoefte meer was aan een apart hertogdom in de Elzas. [wikipedia] | van de Elzas, Luitfired (I20704)
|
1771 | Tenminste nog één levende persoon is verbonden aan deze aantekening - detailgegevens worden niet weergegeven. | Gezin F3175
|
1772 | Maart 4 zond Geertritje e.h. Berent en Derkje Tijmans onder Markelo | Tijmans, Geertruitje (I5099)
|
1773 | Maart 30 Geert Jans j.m. op't R.V. en Klaasjen Gerrits j.d. op N.L. hier getrouwd solvit | Gezin F223749560
|
1774 | Machinist op de stoomloc 4747 | van Aalderen, Johannes (I11338)
|
1775 | Maendagh op Goorsche kermisse na middagh omtrent 2 uren sterft int Craembedde Catharina Mullers huisvrou van Mr. Tij-Jan, out in den craem in die derde weke, dochter van Hermen Muller op Heeckeren. Bij de volgende inschrijving wordt vermeld dat 8 juli op een zaterdag was. Dat is dus volgens de juliaanse kalender. Dan valt de maandag er voor dus op 3 juli (juliaanse kalender) omgerekend naar de Gregoriaanse kalender is dat 13 julil. | Mullers, Catharina (I5044)
|
1776 | Maert 1618 Den 8en is gedoopt een kint van Theunis Dircxen genaemt Dirck Theunisen | Dirck Theunis (I23500)
|
1777 | Maerten Jacobs van Sprockenburch j.m. aen de Gasthuyslaen Hester Jans van Pijnacker j.d. attestatie gegeven op Soetermeer den 19en april 1653 | Gezin F223749041
|
1778 | Maertii Jacobssen Sprockenburg j.m. van Delft Hester Jans j.d. van Pijnacker met attestatie van Delft en Pijnacker alhier getrout den 20en april | Gezin F223749041
|
1779 | Mainz 1139, graaf van Rieneck 1155, voogd van Averbode, leenman van de hertog van Brabant, vermeld 1141-71 | van Loon, Lodewijk I (I20246)
|
1780 | Man: Ariaantie Ambagtsheer overledene liet na 2 minderjarige kinderen; Hoogstraat agter Vermeulen bij Dolhuijs | Michiels, Johan Adam (I3011)
|
1781 | Man: Cornelia Ambagsheer overleden 01-08-1792; overledene liet na 2 minderjarige kinderen; Zijl | Helderman, Johannes (I2998)
|
1782 | Man: Lambertie van Leeuwen overledene liet na 1 minderjarig kind; Grote Kerk. | Ambagtsheer, Teunis Baltensz (I2918)
|
1783 | Man: Marija de Groot overledene liet na 4 minderjarige kinderen. | Ambagtsheer, Leendert Arisse (I2920)
|
1784 | Man: Wouter Kant overleden liet na 2 minderjarige kinderen; St Jans kerkhof. | Ambagtsheer, Teuntje (I15946)
|
1785 | Manfred volgde zijn vader in het jaat 1000 op als markgraaf van Turijn en graaf van Susa, Auriate, Asti, Bredulo, Tortona, Piacenza, Fidenza, Parma en Vercelli. Hij voerde een actieve politiek om zijn macht en bezit uit te breiden waarbij hij er doelbewust naar streefde het centrale gezag aan de ene kant te vriend, maar aan de andere kant ook zo zwak mogelijk te houden. In 1001 nam Manfred deel aan de veldtocht van Otto III tegen Benevento. In 1002 werd Manfreds buurman Arduin van Ivrea gekozen tot koning van Italië. Manfred vermeed zorgvuldig om partij te kiezen tussen Arduin en Hendrik II. In 1007 had Manfred echter het kamp van Hendrik II gekozen. Zijn broer werd tot bisschop van Asti benoemd, als vervanger van een aanhanger van Arduin van Ivrea. Toen de aartsbisschop van Milaan zich tegen deze gang van zaken verzette liet Manfred zijn broer door de paus wijden. Manfred probeerde in 1015 tevergeefs het markgraafschap Ivrea te verwerven, dat hem al in 1001 door Otto III was beloofd. Toen hem dit leek te gaan lukken vonden de andere Italiaanse machthebbers en Hendrik II dat hij zo te machtig zou worden. Na enkele gevechten moest hij zich terugtrekken en probeerde hij zonder succes Ivrea aan Rudolf III van Bourgondië toe te spelen. Uiteindelijk zag Manfred af van Ivrea en verzoende hij zich met de keizer. In 1016 vocht Manfred nog een oorlog uit met hertog Bonifatius van Toscane. Manfred begon Hendrik II steeds meer als een bedreiging te zien. Uit angst voor confiscatie van zijn bezit verkocht hij grote landgoederen uit zijn privebezit (1 miljoen juk, dat is 3500 a 4000 km2!) aan een stroman, een zekere priester Siegfried, maar de keizer liet alle bezittingen en lenen van Manfred ongemoeid. Na het overlijden van Siegfried bleek Manfred zijn erfgenaam te zijn. Na het overlijden van Hendrik was Manfred een tegenstander van de keuze van Koenraad II de Saliër. Samen met andere Italiaanse edelen probeerde hij Franse edelen in de Italiaanse kroon te interesseren, maar uiteindelijk moesten ze toch Koenraad als koning erkennen. Manfred en zijn vrouw Bertha stichtten samen de kloosters Santa Maria di Caramagna en San Giusto in Susa. Ze herbouwden de Santa Maria Maggiore in Susa en het Petrus en Andreas klooster in Novalesa. Manfred ommuurdde de steden Exilles en Bardonecchia. Manfred werd begraven in de kathedraal van San Giovanni in Turijn. [wikipedia] | van Turijn, Manfred II Olderik (I20657)
|
1786 | Manfred volgde zijn vader op in 977 en werd markgraaf van Turijn, markgraaf van Susa en graaf van Auriate. Later werd hij ook graaf van Albenga, Asti, Alba, Bredelo en Ventimiglia. Manfred was in zijn tijd de grootste landeigenaar van Noord-Italië en een machtig feodaal heer. Hij liet zijn bezittingen vooral door verwanten en vazallen besturen. Manfred controleerde de handelswegen naar Bourgondië en de Provence, en werd rijk door tolheffing en muntslag. Hij was zeer actief in de ontginning van woeste grond, die in de tijd na het verval van het Romeinse Rijk was verlaten. Manfred stichtte daarbij een groot aantal kloosters en kastelen. Vooral de kloosters hadden een belangrijke rol en kregen grote hoeveelheden woeste grond als schenking, om te ontginnen. Manfred oefende als voogd een strakke controle over deze kloosters uit. Onder zijn bewind kwam Pavia tot grote bloei. [wikipedia] | van Turijn, Manfred I (I20735)
|
1787 | Marchien Willems wordt vermeld als doopgetuige bij de doop van 2 kinderen van kinderen van de broer van Teunis Teunissen Ambachtsheer. | Marichien Willems (I5470)
|
1788 | Maria ITEM 182 ROLE 134-10 GIVN Maria SURN van Oudenaarde | van Oudenaarde, Maria (I8929)
|
1789 | Maria Batue weduwe van Pieter Wor in de Wittenvrouwenstraet laat na een gehuw zoon te Rotterdam | Bartheus, Maria Anna (I24435)
|
1790 | Maria Stolk | Helderman, Willem (I3081)
|
1791 | Maria dr. van Daniel van Rhie de moeder Annetje de Kriek door de vader self geheeven den 9. february | van Rhie, Maria Danielsd (I1381)
|
1792 | Marij op den Hullik | Marij Jansen (I2394)
|
1793 | Marijtie Herfst | Ambagtsheer, Neeltje (I10815)
|
1794 | Marijtje Wollebrants | Droogendijck, Bouwen Wollebrants (I1336)
|
1795 | Marinus Mesoeck vader van de bruydegom ende Marinus Hubrechtsen Boone vader van de bruydt consenteren het huwelick | Gezin F223748883
|
1796 | Tenminste nog één levende persoon is verbonden aan deze aantekening - detailgegevens worden niet weergegeven. | Levend (I10888)
|
1797 | Mark (1225), voogd van Werden en Cappenberg 1214-1249 | van Altena, Adolf I (I1762)
|
1798 | Marten Cornelissen Boefkens, seylmaecker weduwe Stynken Jan Wors dr. beyde van Dordrecht | Gezin F223749247
|
1799 | Martijntje Marijnisdr Lijdens | Nieuwenhof, Simon (I3181)
|
1800 | Martinus Pieter Wor en Neeltie de Vos op ent vant Haringvliet | Wor, Martinus Pieters (I24337)
|